woensdag 28 november 2012

reisje naar Kisii, zuid west Kenia

zaterdag 24 november, felicitaties naar mijn jarige broer, en Skye naar balletles gebracht, een veertje op de vloer zwiert rond. Gezellig met z'n allen gegeten 's avonds als dank voor de gastvrijheid. Alleen kaas en pepernoten is niet voldoende. 
Zondag 25 november ga ik naar Kisii, om Christine Sagini te ontmoeten, met wie het Rotary Jeepline project in Bura Fafi en Mwororo was gepland; helaas kan het bezoek aan Mwororo om veiligheidsredenen niet doorgaan. Zij was vorig jaar gastspreker op de bijeenkomst van Rotary Doctors in oktober, vlak voor de eerste ontvoeringen op Lamu en in Garissa.  Zij studeerde toen in Kopenhagen, een master in Public Health, en is nu DMOH, districts medical officer Public Health, in het district Masaba South bij Kisii.  Eerst ga ik met de stadsbus, de Citi Hoppa naar het centrum, vanwaar de Transline Classic bus  naar Kisii vertrekt. In een lange rij moet ik een kaartje kopen voor 800 Ksh, € 8,- met gegarandeerde zitplaats, veiligheidsgordels en een fles water. De geschatte reistijd is 2 ½ uur naar Narok, een half uur stop en dan weer 2 ½ uur naar Kisii. Als ik in de bus zit, duurt het nog een half uur voor we wegrijden; behalve de passagiers gaat er van alles in de kofferruimtes onder de bus, maar niets er bovenop. Alleen Nairobi uitrijdend zijn er enkele korte stops voor nieuwe passagiers die gereserveerd hebben, daarna gaat de rit in één keer naar Narok. Als Nairobi achter je ligt kom je voor een lange afdaling met ruim 1500 meter hoogteverschil, langs de rand van de berg, met een enorm ver uitzicht op de Rift Valley, de grote slenk. De afdaling is steil, vrachtwagens rijden stapvoets omhoog, maar ook omlaag om te kunnen remmen op de motor. Passeren is lastig op de kronkelende 2 baans weg, dus dat vraagt even tijd. Zo groen als het boven op het plateau van Nairobi is, zo dor en droog en vooral heet is het beneden in de Rift Valley. Alle plaatsjes lijken hetzelfde, mensen langs de weg met allerlei te verkopen waar,mn landbouwproducten, daarachter de kleine huisjes.  Ze lijken hetzelfde omdat een deel van de huisjes knalrood is, gesponsord door Coca Cola of Airtel, andere zijn helder lichtgroen, gesponsord door Safaricom of M-pesa (het geldtransfersysteem via je mobieltje) , of geel door concurrent Yu-cash, net zoals de gele Rhino cement en Tusker bier  gebouwtjes. Een bont geheel, tussen de mensen lopen de ezeltjes die karton of afgekloven maïskolven eten, of koeien die op de vuilhoop nog wat eetbaars vinden. Als er in de dorpen iets groen is (behalve die huisjes) zijn het cactussen die als haag of een soort kraal zijn aangeplant.
Op de heenreis zit er een alleen reizend jongetje van 7 jaar naast me die op het eindpunt, waar ik ook naar toe moet, wordt opgepikt door zijn tante; voor nood wissel ik telefoonnummers uit. Hij wijst enthousiast naar de koeien en schapen langs de weg, want die hebben ze thuis ook; met een mengseltje van Engels en Kiswahili onderhouden we onze conversatie. In Narok ben je de Rift Valley voor ¾ door, en kun je even de benen strekken, in de rij voor het toilet, en iets eten, een stuk geroosterde geit, kleffe frieten, of samosa’s, een driehoekig deegenvelopje met vlees en groenten, gekruid; je kan dan niet proeven wat voor vlees erin zit, hond of ezel….  Droge koekjes en frisdrank met een verzegelde dop zijn het veiligst. Als de bijrijder enkele keren lang en hard toetert, komt de chauffeur weer opdagen. Bij Narok is de uitvalsweg naar de noordelijke Massaai Mara, de bus gaat straks verder naar het westen. Dan begint de klim omhoog , steeds meer slingers in de weg, het wordt steeds groener. Op vochtiger plekken zie je kraanvogels, met het licht door hun verenkroon; die zijn zo verstandig hier te overwinteren; ze zijn hun eigen Ndege, wat zowel vogel als vliegtuig kan betekenen. De huisjes langs de weg zijn in het groen gevangen met veel bougainville. Boven elk dorp en elke stad vliegen wouwen, een roofvogel, die net zoals onze buizerd zowel zelf prooien vangt, als rommel opruimt. En als je die lelijke maraboes ziet, is er een slachtplaats in de buurt.
Zo’n 50 km voor Kisii, vanaf de weg naar Kericho, kom je in het thee gebied,veel hellingen met theestruiken, waar mensen met korven de bovenste 3 blaadjes met de hand plukken; het wordt met vrachtwagens verzameld door de plaatselijke fabrieken. Tussendoor maïs en de onvermijdelijke kaarsrechte lange eucalyptusbomen, voor de balken waarmee de huizen worden gebouwd. Elk stukje land is bijna bebouwd vanaf hier. Tegen half vijf wordt ik opgewacht door Christine en de chauffeur, en ze laat ons haar familiehuis zien.
Ze is hier geboren, haar grootvader is eind vijftiger jaren gepromoveerd in de VS, zeer uitzonderlijk in die tijd. Hij was daarna lang minister, van het begin van de staat Kenia, naast Yomo Kenyattta. In het huis hangen foto’s van het allereerste kabinet van Kenia, met haar lange grootvader. Kenyatta en later Moi bezochten het huis diverse keren. Haar ouders hebben ook allebei gestudeerd en hadden goede functies. In Kisii land wordt de grond onder de zonen verdeeld, dus de stukken grond worden steeds kleiner. Het wordt als een doodzonde beschouwd als je je grond verkoopt. Net zoals de Massaai, Samburu of Somali, voor wie het een doodzonde is je vee te verkopen. Gevolg is wel dat met steeds wel 4 zonen, er over een paar generaties  nog slechts een zakdoek grond over is .. Het gebied ziet er redelijk welvarend uit, mede door de theeplantages.
Maandag ga ik een dag met haar team op stap. We bezoeken enkele dispensaries, sommige zeer compleet, andere hebben nog een weg te gaan. Ze is nieuw, maar heeft zich goed voorbereid en stelt niet alleen vragen, maar ook doelen, targets, waaraan ze over bv één of twee maanden moeten voldoen. Dat kan zijn schoonmaak, opruimen van medicijnen die over de datum zijn, of meer vaccinaties in outreach programma’s. Ook wordt een sub district hospital bezocht, dat maar één arts heeft, en waarvan de operatiekamer na opening in 1996 slechts enkele keren is gebruikt. Christine wil hier wel de Rotary Doctors hebben zoals in Garissa, maar dit ziekenhuis is daar wel erg klein voor. Maar wel een achterland  van meer dan 500.000 mensen. Het ziekenhuis 45 km verderop kan het niet aan, dat heeft bijna 2.000.000 mensen te verzorgen, dus lange wachttijden. Een spoed keizersnede is er vaak niet bij, met fatale gevolgen. Ik word uitgenodigd te blijven eten bij haar tante en oudtante, waar ze tijdelijk verblijft, en eet dus traditioneel. Eerst thee met veel suiker en melk, en een hardgekookt ei en geroosterde maïskolf erbij, dan ugali, gekookt maïsmeel, een stevige massa, waarmee je met je vingers, de groente van je bord eet. De kip was zeer biologisch, niets mis aan. In mijn lodge is het lawaaiig, de beat van de Afrikaanse muziek dreunt nog lang na en laat de raampjes  rammelen.
Dinsdag om 7.20 bij het busstation, zelfde procedure, zelfde rit, maar nu omgekeerd. ’s  Morgens is het eerst best fris, dan daal je naar de hete Rift Valley, en in Nairobi is het volop zonnig en warm. Terug in het huis van Sjoerd tegen half vier eerst een frisse douche en schone kleren. Daarna halen we Skye van de Franse school, waar ze de laatste 2 uur Nederlands krijgt van Marloes Werger, uit Almelo…  Mijn mail doorgenomen, wat ligt er veel na 3 dagen afwezigheid; in Nekemte loopt het weer stroef, import en werkvergunning problemen, en wat niet meer. Skypen lukt niet, slechte verbinding.
S’nachts en woensdagmorgen koele en enorme stortbuien, door het heuvelachtige landschap staan diverse wegen blank.  Verslagen en mails met Nekemte zijn vandaag mijn klus, en van Skye en Qui moet ik eea inpakken voor Opa Jan zijn verjaardag. Met een van de gasten om 6 uur nog een glaasje wijn voor de terugtocht begint.




zaterdag 24 november 2012

terug naar Mpeketoni, de kinderafdeling !

Dinsdag middag ben ik met een eenmotorige Cesna Caravan naar Lamu gevlogen, relatief laag vliegend, en dus veel te zien op de grond, de vele landbouwgebiedjes in allerlei kleuren. Vlak voor de landing zie je Mpeketoni liggen, en het kleine Lake Kenyatta. De zandwegen steken geel af tegen de groene bossen en open stukken land, ze slingeren om de diep in het land dringende zeearmen van de Indische Oceaan. Bij het dalen merk je meteen hoe heet het hier is, dit toestelletje heeft geen airco. Precies op tijd geland, en 25 min later wordt ik na het speedboottochtje opgewacht door Peter, de chauffeur van Rotary Doctors. Opvallend zijn de vele militairen die je tegenkomt, sinds ruim een jaar, na de ontvoeringen op Lamu en aanhouding van piraten aan het strand van Baharini, zorgen zij hier voor stabiliteit en veiligheid. Praten in de hobbelende auto met de ramen wijd open lukt niet. Peter heeft voor mij een kamer gereserveerd in Pendo Bustani, een nieuw, klein guesthouse, Breezeview had de dag ervoor de reservering geannuleerd. Niet erg, want het was er druk en rumoerig, hier zit ik tussen de huisjes, een mooie tuin en heel veel vogels, jammer dat ik geen verrekijker bij me heb. Peter en ik praten over de toekomst van dit Rotary Doctors project, het draait nu 7 jaar, het laatste jaar zonder dokters, op 2 korte bezoekjes van 2 artsen na. Het team draait zelfstandig, en rapporteert dagelijks via e-mail aan de projectleider. De diverse locaties worden nagelopen, één ervan, Soroko is sterk teruggevallen na de gevechten tussen van 2 stammen, veehouders tegen landbouwers, in Tana Delta, vlakbij Soroko. Er waren meer dan 110 doden, onthoofde kinderen en vrouwen, 500 gewonden (veelal behandeld in Mpeketoni), en 20.000 mensen zijn verjaagd of weggegaan, waarheen? Naar onontgonnen gebieden?
Het team weet wel dat het project eindig is maar op hun Afrikaanse manier denken ze er niet aan, schuiven het voor zich uit. Toch moeten ze ermee aan de slag, RDN zal overleggen of samenwerking met de overheid mogelijk is, mn met de District Officer van Mpeketoni en de District Medical Officer of Health, DMOH, dr. Tole op Lamu, waar ik de 23e een afspraak heb.
Woensdag om 11 uur heb ik een afspraak gepland met Dr. Nyaboga, de superintendent, zeg maar medisch directeur van het Mpeketoni Hospital, die enorm hard werkt, en zeer betrokken is naar de patiënten. Ik heb steeds prima met hem samengewerkt, hij stuurde regelmatig informatie over de nieuw te bouwen kinderafdeling. Deze is door Equator Medicare ism Wilde Ganzen gefinancierd voor ruim € 46.000. Eerst zou nog een andere sponsor  meedoen, maar toen het overheidsaandeel niet snel genoeg op tafel kwam, heeft deze zich helaas teuggetrokken, dus moest er een nieuw plan voor een kleinere kinderafdeling komen. In september was alles rond en is de bouw gestart, ik ga nu kijken hoe het er mee staat. Maar om 11 uur is niet alleen Dr. Nyaboga er, maar ook het ziekenhuismanagement, het project management Committee PMC, met enkele dorpsoudsten en deskundigen op het gebied van bouwen, en de DO. Er is een heel programma in elkaar gedraaid rond mijn komst !
Er volgen toespraken, Equator Medicare wordt heel erg bedankt voor het initiatief en het doorzettingsvermogen, het vertrouwen om met hen in zee te gaan, en voor mijn bezoek. Dan krijg ik een rondleiding met de aannemer en de genodigden, een PowerPoint over belangrijke momenten in het (bouw-)proces, en een lunch met gebed en dankzegging. Het hele programma duurt bijna 5 uur. Dit had ik helemaal niet verwacht, ik ben heel erg verrast, maar ook door de kwaliteit van het gebouw, dat over 3 weken wordt opgeleverd. In mijn dankwoord bedank ik ook onze Almelose achterban, zonder hen was dit nooit gelukt, en voor het geduld en inzet van Dr. Nyaboga en het PMC, die dagelijks een korte werkbespreking hadden en de bouw zeer intensief controleerden, incl. de zand - cementverhouding van beton, specie en pleisterwerk. ik ben geweldig blij met dit mooie resultaat, en ziekenhuis en bewoners van Mpeketoni niet minder. Of ik straks ook nog maar even bij de officiële opening aanwezig wil zijn....
De aannemer komt uit Mpeketoni, alle werklieden ook, heel het dorp weet ervan, en de lokale economie krijgt een impuls door deze extra werkgelegenheid. Tegen 5 uur nog een bezoek aan de DO gebracht over de samenwerking met Rotary Doctors en eventueel nog te bouwen dispensaries in dit gebied.
Donderdag de 22e heb ik een lunch afgesproken met de teamleden. Zwangere Esther is er niet vanwege een echo in Mombasa. Peter, Theresa en Michaël zijn er, evenals Sammy, voor wie ik een envelop met inhoud had meegenomen na inzameling op de Nijkerkdag. Nogmaals duidelijk aangegeven dat over 3 jaar RDN hier echt ophoudt, en dat ze dus moeten proberen tzt ergens een baan te vinden. Wij zullen lobbyen bij het ziekenhuis, de DO en de DMOH. Na de lunch naar Bomani gereden en nog 7 km rechtdoor, naar Sinambio, waar een school staat. Veel Bomani patiënten komen van deze regio, oa Zebra, Lakeside en Pangani.  Majembeni zal minder worden daar er bij de kruising van Kibaoni sinds een week een nieuwe dispensary van de overheid is gekomen. Naast Sinambio zou Mikunduni een goede lokatie kunnen zijn. Hongwe bezocht, de apotheek van de jeepline is nu daar gevestigd. Ziet er keurig uit. Later komt Cecilia om een aanbevelingsbrief vragen, ze wil na haar zwangerschap, uitgerekend 2e helft februari, als laborant bij het ziekenhuis werken, nu doet ze daar vrijwilligerswerk. De DO is opgehouden op Lamu, zal hem morgenvroeg voor vertrek proberen te spreken.
Vrijdag de 23e zit ik al voor 8 uur voor de deur van de DO. Als hij even later komt heeft hij 3 councillors, een soort  administratieve onderburgemeester, meegenomen. Deze vier mensen hebben besloten dat Sinambio de beste locatie is. Het ligt centraal in een streek waaromheen 12 tot 22 km geen enkele vorm van medische hulp is. Zij vragen of Equator Medicare hierbij kan helpen. Lijkt mij een prima locatie en project, ik heb het bezocht en met de Councillor Francis doorgesproken.  Zij zullen tekeningen, bestek en begrotingen maken die ik dan krijg gemaild. De DO was al erg tevreden met het werk van Rotary Doctors, en wil zeker proberen de medewerkers straks een baan te geven.
Om 11 uur ben ik dan op Lamu, maar helaas, Dr Tole heeft zijn afspraak vergeten en zit in Nairobi. 1000 excuses, maar zijn rechterhand , de administrator weet ervan, en na een telefoontje van Tole  naar hem, wordt ik daar ontvangen en kan ik alle plannen nog eens toelichten. Het voorbereidende werk is niet voor niets geweest. Na 4 uur wachten op een snikheet Lamu vertrek ik weer naar Nairobi, 2000 meter hoger en 15 graden koeler.
Zondag vertrek ik naar het westelijk gelegen Kisii, waar nu Dr Christine Sagini DMOH is, en met wie de plannen voor Mwororo en Fafi gemaakt waren, helaas door El Shabaab in de war gestuurd. Een heel andere regio, ik ben benieuwd.
Ik heb foto’s bijgesloten, om de paediatric ward te laten zien die door Almelo mogelijk is geworden !
Hartelijke groet
Dick





dinsdag 20 november 2012

Armoede en ziekte

Armoede en ziekte
Deze weken wordt ik steeds geconfronteerd met de relatie armoede en ziekte. Ik zie veel patiënten met extreme armoede. Je ziet het meteen bij aankomen en binnenkomen. Oude kleren die in geen eeuw gewassen zijn, de mensen zelf vaak ook niet, en dat kun je ruiken. Geen schoenen, altijd op blote voeten, ondervoeding, daardoor vatbaar voor veel ziekten, zeer slechte behuizing en daardoor veel muggen en parasieten, geen schoon water waardoor diarree en weer verdere ondervoeding. Blote voeten krijgen wondjes en nogal wat patiënten hier krijgen podoconiose, waarbij bepaalde stoffen in de aarde in deze oude vulkanische streek door de huid dringen en dan een ontsteking aan de lymfevaten geeft, waardoor oedeem aan de voeten en onderbenen. Afschuwelijke afwijkingen, ze kunnen steeds minder goed lopen, en zouden hun voeten dagelijks heel goed moeten wassen en verzorgen, wondjes desinfecteren etc. Maar als je geen stromend water hebt, geen geld voor zeep laat staan voor een zalfje, dan gaat het van kwaad tot erger. In de overheidsklinieken kennen ze het probleem wel, maar zijn er geen programma’s voor. In deze regio heeft ongeveer 5% van de mensen de aandoening, in Ethiopië ongeveer 1.000.000 mensen.  Ze raken steeds meer gehandicapt, dus nog minder inkomen (geen sociale verzekering), en door de afzichtelijke afwijking en vaak stinkende wondjes raken de mensen steeds meer geïsoleerd.  Alleen de klinieken van NCS hebben er in deze regio programma’s voor, mede gefinancierd door de Stichting Wollega Ethiopië, zie de site http://home.planet.nl/~bruin922/  . Weinig weerstand betekent ook vatbaar voor andere infecties, met name tuberculose. Gezinnen leven vaak dicht op elkaar, slapen in één ruimte, dus je krijgt het zo toe gehoest. Hiervoor zijn gelukkig wel omvangrijke programma’s en voldoende medicijnen, maar het duurt vaak lang voordat mensen met hoest hulp zoeken. HIV zie ik hier gelukkig veel minder. Ondervoeding bij kinderen komt nogal eens voor, die kinderen hebben minder weerstand en lopen gemakkelijk een longontsteking op.
Een andere veel voorkomende aandoening, maar niet door armoede, is struma, enorme krop van de schildklier waarvoor een andere stichting Strumeth www.strumeth.nl zich inzet. Lokale gewassen bevatten geen jodium, en het zout in Ethiopië is niet gejodeerd, waardoor het hier vaak voorkomt. Te kort aan jodium kan bij kinderen achterstand in de groei en geestelijke ontwikkeling veroorzaken, bij volwassenen chronische vermoeidheid en krop. De stichting verschaft jodiumcapsules mn ook aan vrouwen in de vruchtbare leeftijd om de baby’s bij de geboorte te behoeden voor jodiumtekort en de net genoemde ontwikkelingsstoornissen. Ook wordt er jodiumhoudend zout verschaft.
Armoede. Mensen, zowel vrouwen als mannen werken hard, anders dan in Kenia waar veel mannen rondhangen. Met een last brandhout van 40 kg of een baal hooi lopen ze 10-15 km naar de markt om het voor ongeveer 10 birr , 42 ct, te verkopen. Ezeltjes met 2 balen uien of aardappels  van ieder 80-100 kg lopen in colonne maar de markt, de mensen ernaast op blote voeten, haveloos.  Naar de klinieken komt ook iedereen lopend, soms wel 4 uur, wat anders dan de huisarts om de hoek en een ziekenhuis met fiets, auto of bus bereikbaar. Op het platteland verdienen veel mensen nog geen dollar, laat staan een euro, per dag. En als je ziek bent is er geen verzekering en moet je voor lab en medicijnen soms wel 80 Birr betalen. Het kost allemaal (voor ons) bijna niets, maar als je helemaal niets hebt… In de klinieken van NCS lijkt er gemiddeld meer aandacht en inlevingsvermogen, in de zgn privéklinieken gaat het snel, kost het meer, maar word je nauwelijks onderzocht en krijg je meteen injecties en veel antibiotica. En in het ziekenhuis wil je voor geen goud terecht komen, smerig, druk, geen enkele privacy en de nurses en dokters ontberen kennis, betrokkenheid en soms ook onkundig.

lunchtijd, wandelend van Derge

Op de dagen dat de Rotary Doctors komen is het toenemend druk, en sommige patiënten willen echt dat de faranji dokter tenminste mee beoordeelt. Nadeel is dat ze dan geen injectie krijgen waar ze zo aan gewend zijn, dat ze bijna nooit meer typhoid hebben, maar het voordeel is dat ze minder medicijnen en vooral minder antibiotica krijgen, wat ze weer geld bespaart.  Deze week is een tweede dokter gearriveerd, zodat we ieder met een nurse spreekuur konden doen, gezien de patiëntenaantallen ook wel nodig; ons onderwijs tijdens een consult kost aanzienlijk meer tijd, maar begint al aardig vruchten af te werpen, sommige nurses zijn enorm vooruitgegaan in hun onderzoek en beoordeling van de patiënten, en ook in de notering op de patiëntenkaart. Andere nurses pikken door gebrekkig Engels (en wij spreken geen Oromo of Amhaars) bijna niets op, terwijl ze wel van alles in het Engels op de patiëntenkaart schrijven, maar dan niet de essentiële bevindingen, met als diagnose : “other disease” als ze geen diagnose hebben, en dan toch penicilline voorschrijven.
De kliniek in Konchi mag uitbreiden tot health centre, de overheid staat er volledig achter, vindt het ook nodig maar draagt geen cent bij, indien ook maar één birr wordt betaald, dan zou alles onder hun zeggenschap vallen. En dat wil NCS niet en eerlijk gezegd denk ik  dat de kwaliteit en betrokkenheid hard achteruitgaat. In een studie deze zomer verricht door twee studenten van het University College Utrecht ism Wollega University hier, bleek dit ook duidelijk. Daarom de District Medical Officer in het Konchi gebied, mijnheer Mesret in Gute bezocht, die een support letter daarvoor heeft geschreven. Maar bij uitbreiding moet er niet alleen een goed gebouw komen maar ook moet de staf worden uitgebreid. Nieuwbouw zal ongeveer 6 miljoen Birr, € 250.000 kosten, en méér stafleden kosten ongeveer 16.000 Birr per maand extra. Wil je eea goed laten verlopen, zul je ook betaling voor het nieuwe personeel voor pakweg 3 jaar moeten regelen. De tekeningen zien er goed uit, nu nog de centen, en een goede aannemer.
Het nieuwe referal ziekenhuis dat ik vorige week had bezocht, en onder het ministerie van gezondheid valt, zou onder een bureau in Nekemte vallen, maar dat blijkt toch in Addis te zitten. Hoewel Addis een eigen stadstaat is en Oromia er tegenaan ligt in het westen en zuiden, staat het regionale bureau in Addis, voordeel dat alles gecentraliseerd is, zowel onderwijs als gezondheid, dus dan kan ik in één keer daar terecht, maandagmorgen. Dat bezoek zou ik met Eba Meijena, de vice president afleggen, maar die komt pas dinsdag in Addis aan, terwijl ik maandagmiddag doorvlieg naar Nairobi, op weg naar Mpeketoni om de nieuw gebouwde kinderafdeling te bezoeken !

beenmergontsteking met fistels


Deze week weer een aantal patiënten gezien met huidafwijkingen, die ik niet kan thuisbrengen, foto’s daarvan worden per mail gestuurd naar een panel van tropenartsen en –specialisten in Nederland. Maar ook een patiëntje  van een maand met een spina bifida, open ruggetje, maar de beentjes spartelen symmetrisch, een goed teken wat betreft de werking van het ruggemerg, het valt gelukkig dus mee, maar je moet er wel wat aan doen. Helaas had het kind ook nog een klompvoet. Ook een afschuwelijke afwijking sinds de geboorte, in het gezicht, de ogen staan ver uit elkaar, lijkt ook op een defect zoals een gespleten verhemelte, maar dan veel hoger in het gezicht, het verhemelte en tanden zijn OK. Hiervan ook foto’s opgestuurd. Enkele kinderen met osteomyelitis, beenmergontsteking, met fistels naar buiten gezien.
 Een kind met een Burkitt tumor, uitgaande van de linker bovenkaak, en een jonge vrouw met een enorm gezwel bij het rechter sleutelbeen, leek ons een non-hodgkin lymfoma.
Operaties van deze aandoeningen zijn wel mogelijk, maar in Addis, en dan in ziekenhuizen van meestal buitenlandse organisaties. Open ruggetje, spina bifida , ongeveer € 450, een klompvoet de helft. Maar chemotherapie voor tumoren zit er waarschijnlijk niet in. Sr Nevis, al bijna 30 jaar hier werkend, van de kliniek Guta Abakuna, gesteund door een Italiaanse orde, heeft heel wat adressen bij de hand. En ze weet vaak een sponsor te vinden in haar vaderland.  Als een terrier bij ze zich vast, en ze vertelde ons in het Engels, doorspekt met Italiaans: “als het niet lukt, en ik zit te bidden, dan draai ik het kruisbeeld wel eens achterstevoren, en zeg dan: ik draai je pas weer terug als het geld er is, tja, en dan heb ik vaak binnen een week bericht uit Italië.”
Veel zaken zijn na 3 weken ondanks de inspanningen nog niet geregeld. Met de directie van het ziekenhuis ondanks vele pogingen, nog steeds geen contact, geen antwoorden op de vragen van de specialisten.  De nieuwe tandarts had 500 carpules, met lokale verdovingsvloeistof bij zich, maar die mochten het land niet in, want dat had tevoren moeten worden aangevraagd bij het centrale bureau gezondheid, medicijnen en voedsel. De afgestempelde lijst van de staat Oromo (Ethiopië is een federatie van staten) is in hun ogen niets waard, wat denken we wel dat we hier zomaar mogen werken ? Dan wordt ook aangegeven dat de license, werkvergunning, van Oromo , in de ogen van de nogal arrogant overkomende ambtenaar in Addis niets waard is. Zo heb ik er dus zondag en maandag 2 ritjes vliegveld, en naar twee kantoren van de federale overheid voor nodig om achter diverse papieren aan te gaan voor volgende artsen.
Zondagmiddag ben ik uitgenodigd door Kyra en Bert, Kyra komt uit Almelo, ze wonen nu 5 jaar in Addis met hun 2 dochtertjes Nora en Lynn, en een baby op komst. Heel gezellig en een heerlijk mals vleesje van de barbecue. Ervaringen uitgewisseld, over bureaucratie, het leven in Ethiopië,  en hun werk. ’s Avonds verslagen gemaakt, skype lukt niet door de slechte verbinding.
maandag morgen, behalve de medicijnenkwestie, ook een bezoek gebracht aan het Oromo deelstaat bureau dat ook in Addis staat, om te polsen hoe het met het nieuwe referal ziekenhuis staat, waar de universiteit en de specialisten een rol in kunnen spelen. Helaas gaat na informatie bij Dr Jema er toch nog zeker 8 maanden overheen, schiet niet op, geduld, weet je.
Maandagmiddag naar Nairobi, en een hartelijk weerzien met Sjoerd, Harriette, Qui en Skye. Bijgepraat, kadootjes en Sinterklaasspul van opa Jan en oma Toot uitgepakt, en hun hulp Janet had heerlijke lasagne gemaakt. Sjoerd werkt nu voor een organisatie die parallel aan en ism de wereldbank, grensoverschrijdend vervoer tussen de landen in Oost Afrika moet bevorderen, betere doorgaande wegen en vooral  snellere douanefaciliteiten. Mombasa is de grote haven en vandaar gaan hele konvooien vrachtwagens naar Tanzania, Rwanda, Burundi, Oost Kongo, Uganda en Zuid Soedan. Alle West Europese landen dragen daar aan bij, Nederland 40 miljoen, Engeland een veelvoud, om ook hun export te bevorderen. Hij vliegt dus bijna wekelijks naar die landen om met regeringen, ministeries en op locatie allerlei zaken te regelen.
Dinsdag ga ik door naar Lamu en Mpeketoni, om de nieuwe kinderafdeling te bekijken( St Equator Medicare en Wilde Ganzen) en met de leden van het team te praten die nu bijna zelfstandig zonder artsen de jeepline draaien. Ik ben heel benieuwd !


vrijdag 9 november 2012

Geduld..

  Geduld
Als je geduld hebt, zul je het hier wellicht verliezen.
Als je het niet hebt, kan je het hier leren.          
Maandag naar Konchi. Na een stevig gesprek vorige week, komen de chauffeur en dental assistant Feyisa, zoals destijds afgesproken eindelijk om 8 uur aanzetten en kunnen we na het inladen 10 min later op weg. Door de regen, veel modder, in Konchi zitten de patiënten al te wachten. Gutu is vandaag weer mijn nurse, hij blijft stug, als je hem complimenteert ontdooit hij even, maar dat is echt maar heel even. Probleem is dat hij nog nooit een voortgangs- of functioneringsgesprek heeft gehad, en dat kennen ze in Ethiopië  wel, maar Sr Harshini niet. Dus ze weten niet van elkaar wat de wederzijdse verwachtingen zijn. Geen waardering, geen feedback, niet bevorderlijk voor attitude en inzet. Met beiden heb ik, ieder apart maar met name aan de Sr, toch de suggestie gegeven. Afwachten maar. Na 20 patiënten zwoegen, ben ik doodmoe van die man. Ik kan er niet achterkomen wat zijn leerstijl is, of dat het alleen verzet is. Interessant voor hem en mij, en heel instructief was een 40-jarige patiënt met hoest sinds een paar dagen en kortademig. Bij doorvragen was er ook bloed opgehoest. Zichtbaar kortademig, koorts, zeer snelle ademhaling, lage bloeddruk en een sterk vergroot hart met geruis doen het ergste vermoede: bacteriële endocarditis, met bacteriën op de hartklep, waardoor de zaak snel verergerd. Dat vond hij wel interessant. Deze patiënt meteen doorgestuurd naar het ziekenhuis, maar hij zal wel doorverwezen moeten worden naar Addis, als hij het kan betalen…      
poster over onchocerciasis, een wormziekte
die begint met jeuk, zwellingen en later blindheid

Op de terugweg uitgestapt bij de universiteit, naar de Vice-President Eba Meijena, die Rotary Doctors wil hebben voor onderwijs en straks in de nieuwe kliniek. De vraag is duidelijk, de achtergrond niet helemaal, of helemaal niet: de nieuwe kliniek wordt gebouwd door het ministerie van gezondheid, en de universiteit, ministerie van onderwijs, wil het gebruiken voor opleiding. Daarom weet niemand wanneer het klaar is. Eba zegt dat hij al apparatuur aan het bestellen is, maar als het ziekenhuis van een ander ministerie is, dat geen haast heeft (of geen geld) met de afbouw, is dat wat voorbarig. De specialisten van Rotary Doctors moeten toch weten wanneer ze kunnen werken, waar, en met welke apparatuur. Afgesproken met Eba komende vrijdag om 7 uur ‘s morgens naar Gimbi  ( 85 km westelijker) te rijden waar de universiteit ook een afdeling heeft, en op de terugweg het ziekenhuis in aanbouw te bezoeken. Ik ben benieuwd.
Met taxibusje level 2, zeg maar 2e klas, evenveel passagiers als zitplaatsen, van de universiteit naar huis voor 2 ½ Birr, 10 eurocent voor de 8 km. Tesfaye geeft ’s avonds aan dat  het niet soepel tussen beide ministeries loopt.
Dinsdag moet Tesfaye naar een begrafenis, waar meer abba’s naar toe moeten, in Konchi. Het gaat om de overleden vader van een van de abba’s, een gewaardeerde man. Hier wordt dezelfde dag of eventueel de volgende dag begraven. In Ariajawi aangekomen horen we dat het voltallige personeel naar die begrafenis wil om half elf, leuk als je dat dan pas hoort. Die abba zijn vader komt uit Ariajawi.  We konden nog net 4 patiënten zien voor de groep weggebracht werd door onze chauffeur, anders waren ze meteen om kwart voor negen weggegaan, te voet, 2 uur lopen.  
koffie in Ariajawi

nurses in Ariajawi
Dus ruim 2 uur geduldig zitten te niksen, ik heb maar mijn tropical diseases boek bestudeerd. Eén armoedig uitziende vrouw van ongeveer 50 had een verlittekend rechter hoornvlies, en nu zag ze links ook minder, door staar, was dus maatschappelijk bijna blind. Deze week is er in de kliniek in Guta Abakuna een oogarts. Die zet er voor een vriendenprijs van 500 Birr een nieuwe lens in na vacuümextractie van de oude. Dus voor € 23 euro gaat er weer een wereld voor haar open. Dat heb ik maar gesponsord. Later blijkt dat ze niet gegaan is, jammer voor haar..
 ’s Middags naar het Rode Kruis, die hadden aangegeven een gesprek met ons te willen. Naast een provinciaal kantoor, werkgebied 1.500.00 mensen, hebben ze een kliniekje in de stad, met 3 bedden. Maar ze denken dat we Sinterklaas zijn, ze willen een extra ambulance, een gebouw voor een apotheek bij hun kliniek, en regelmatig een tandarts, een huisarts voor consultaties, een oogarts, en eventueel een plastisch chirurgisch team voor lip- en gehemeltespleten. Het kan niet op.  Ik denk dat het Rode Kruis vooral voor rampen, basale voorzieningen als schoon drinkwater, en de armen in verafgelegen gebieden moet zijn. Concurrentie ligt op de loer, naast onze partner NCS, het ziekenhuis en de Wollega University  komt nu ook het Rode Kruis met verzoeken. Duidelijk uitgelegd dat Rotary een vocational service biedt met vrijwilligers en geen grote zakken geld heeft. Misschien het Nederlandse Rode kruis aanschrijven, en dat wij die aanvraag ondersteunen ?  De kliniek bezocht, deze heeft veel kwaliteit, een prima lab, en gemotiveerde medewerkers; de health officer spreekt voortreffelijk Engels ! De ins en outs met Thom en Tesfaye besproken. ’s Avonds op de BBC TV natuurlijk de Amerikaanse presidentsverkiezingen gevolgd.
Woensdag naar Derge. Op tijd weg, daar hadden de nurses niet op gerekend, die kwamen pas een kwartier later aan. Leuk spreekuur gehad, gemotiveerd, leergierig, wat een verschil met Konchi. Ze hadden een paar moeilijke patiënten terugbesteld, eigenlijk allemaal met gewrichtsklachten, maar zeer divers. Eerst heet alles rheumatism, maar met deze patiënten kregen ze en prachtige klinische les: diverse keren ging het om secundaire gewrichtsklachten, bv tgv infecties in de darmen, een SOA, waarschijnlijk een HIV patiënt, en mogelijk een met gewrichts-TBC. Leerzaam voor hen, maar niet minder voor mij, dit soort gewrichtsklachten zag ik in Nederland eigenlijk nooit. Maar door beperkte lab-mogelijkheden, mn de moderne technieken zijn hier natuurlijk niet, is het een leuke puzzel.  Ook hier een staarpatiënte gesponsord, gaat morgen naar Guta. (Ook al niet opkomen dagen.) De tandarts had het hier weer druk, en zelfs kwamen de eerste patiënten voor schoonmaken van aanslag. Maar dan moeten ze wel blijven poetsen!  We lopen meestal voor de lunch heen en weer naar ons huis, een kwartier, je krijgt dan een hele rits kinderen aan je hand, geweldig leuk !  Ze vinden het leuk contact te maken, maar andere kinderen vragen alleen om money money.
Iemand in de medische sector wordt al snel interessant gevonden. Maar sommigen willen er dan ook graag bijhoren. Onze chauffeur, zonder enige medische achtergrond, wil dus bij de tandarts kiezen trekken, met een flauwgevallen meisje bemoeit hij zich onkundig, maar uitleg dat dit niet de bedoeling is, komt niet aan. Nog maar een paar keer geduldig uitleg geven. Als je niet opgeleid en gecertificeerd bent, mag je ook in Ethiopië dit soort zaken niet uitvoeren.
De antwoorden die ik van de ziekenhuisdirecteur zou krijgen, zijn er nog niet, ik mail hem ter herinnering, somber voorgevoel.
Donderdag naar Guta Abakuna. In een hal zitten 20 mensen op een rij, ze krijgen allemaal oogdruppels voor pupilverwijding, ze worden eerst onderzocht, compleet met spleetlamp en fundoscopie,  voordat straks de oogarts de staaroperaties doet.   
voorbereiding oogarts

Heel veel familie eromheen en  dan zie je de eerste richting OK gaan, aan de stok achter iemand aanlopend. Ik zie enkele terugbestelde patiënten, maar mijn maag protesteert heftig ( niet daarom..) en krijg koude rillingen, en even later komt alles eruit, ik moet me terug laten brengen, en kruip rillend mijn bed in. Tegen 9 uur ’s avonds gaat het een stuk beter, en na een douche en een kopje thee lijkt het wat. Morgenochtend wordt ik om zeven uur opgehaald…
Vrijdag, om 6.15 fris en dus ook weer vrolijk wakker, nergens last van, een kopje thee, en ik durf op pad, en dat gaat goed. Tegen 9 uur in Gimbi, waar in een grote hal met honderden studenten, èn scholieren, de presentatie gaat gebeuren. In Gimbi zijn de sociale wetenschappen, geografie enz van Wollega University ondergebracht en is er ook een campus. Eerst wat inleidingen, waarin ik, ook zittend op het podium, nog wordt genoemd en bedankt wordt voor mijn komst en inspanningen.
Dan wordt aan de beste leerling van een basisschool ( 12 klassen vanaf 5 jaar) een boek en een oorkonde uitgereikt onder gejuich van de klasgenootjes. Dat wordt gedaan om de onderlinge competitie te bevorderen, en natuurlijk reclame voor de universiteit. Glunderende gezichten. Dan wordt van elke richting de beste student naar voren geroepen voor dezelfde ceremonie. Tussendoor is er muziek van een Ethiopisch lokaal bandje met eigentijdse muziek, de zanger gaat de zaal in, veel geklap. Traditionele koffie voor de podiumzitters, en popcorn en cake worden in de zaal uitgedeeld. Dan nog een intervieuwtje met de lokale krant en gaan we terug naar Nekemte. 

Langs de weg vaak lange slierten scholieren in uniform. Vlak daarvoor bezoeken we het nieuwe, in aanbouw zijnde referal hospital, dat eigenlijk het academisch ziekenhuis moet worden.  Het krijgt 2 verdiepingen 45 kamers, 245 bedden. Electra, loodgieterswerk en airco voor operatie- en verloskamers schiet aardig op, toiletten worden betegeld, opmerkelijk veel vrouwen werken er, ze zetten de tegels er strak in, de muren zijn heel behoorlijk gestukadoord. Het zou volgens de aannemer die ons rondleidt, over 6 maanden klaar kunnen zijn.

Eba  zal proberen komende woensdag een afspraak te regelen tussen de regionale en zone vertegenwoordigers van het ministerie van gezondheid, Wollega University en ik namens Rotary Doctors, om de mogelijkheden voor onze specialisten zo snel mogelijk te inventariseren.
Ik ben op tijd terug voor de afspraak om 3 uur bij de ziekenhuisdirecteur. Nog steeds geen email met antwoorden van hem. Als ik er kom is hij niet op kantoor, en bel hem na een kwartiertje maar, waarna hij sms’t dat hij druk is en me zal bellen. Ik wil toch nog een paar verwezen patiënten opzoeken, dus ik kom de tijd wel door. Maar dat lukt dus niet. Administratief is het een zooi. Mensen weten eigenlijk nooit hun geboortedatum, en je naam kan, als je nooit bent geregistreerd of niet kunt schrijven, door anderen dus op diverse manieren worden geschreven. Dus krijg je in het ziekenhuis sinds dit jaar bij inschrijving een patiëntennummer en een kaartje met dat nummer, dat ze vaak verliezen, dus dan is je dossier nooit meer te vinden. Als ik een patiënt zonder nummer wil opzoeken, moet ik proberen bij de opname op de precieze datum van opname de vergelijkbare naam die ik heb opgeschreven, te vinden, en dan nog op welke afdeling. Op een afdeling hebben ze alleen de status van de opgenomen patiënten. Geen lijst, ook geen lijst met ontslagen patiënten. Dus ik kan geen patiënt terugvinden. Het ziekenhuis heeft naast een drukke menigte een witte vloed aan jassen die voornamelijk niets doen, staan te bellen. Het zijn allemaal studenten van particuliere opleidingen zoals labpersoneel, nurses, apothekersassistenten ed. , maar niet één van de universiteit: de particuliere instituten betalen de staf om hen hier te laten leren ( de studenten zelf dus), een extraatje in de achterzak. De universiteit wil dit bedrag niet betalen dus werken hier geen studenten van de universiteit, maar in andere ziekenhuizen, hoever weg dan ook. Daarom moet dat referal ziekenhuis maar snel gereed komen. Meijena had al vele onderhandelingen met Nekemte Hospital, maar heeft geen goed woord over voor de staf, het ziekenhuis, de organisatie, laat staan voor de behandeling. Ik kan dat na 2 bezoeken wel ondersteunen. Om 4 uur bel ik geduldig  Tamene nog maar eens, geen gehoor. Ik SMS dat hij maar een afspraak moet maken na de gevraagde antwoorden te hebben gemaild.  Als ik weg ga, worden net 2 overleden patiënten door de entree naar buiten gebracht, de een wordt in lakens in een laadbak gelegd, de ander in extra plastic  gewikkeld op het bagagerek bovenop een busje. Een laatste thuisreis....

tot mails
Dick









zondag 4 november 2012

Golfplaten en armoede

Golfplaten en armoede
Als er toch geen golfplaten bestonden… Heel Afrika, en Ethiopië niet minder, is bedekt met golfplaten, veel roestige sinds jaren, veel nieuwe, schitterend in de zon. De huisjes en klinieken zijn ermee bedekt, nu is er een dunnere versie waarmee veel schuttingen van kreupelhout of struiken worden vervangen, het wordt er veel eentoniger van, het lijkt een statussymbool. De oorspronkelijke, idyllische dakbedekking met stro of palmbladeren verdwijnt in rap tempo. Pas op het echte platteland kom je het nog tegen, in de slums is plastic of zeildoek in alle vormen het alternatief. De klassieke bedekking is misschien kwetsbaar, maar de nieuwe geeft of enorme hitte of in het gebied waar ik nu zit op 2200 meter, wordt het ook koud. En het roffelt 10 keer zo hard als het regent, oorverdovend. We hadden zo’n nacht met twee fikse onweersbuien met heel veel regen, je kan er echt niet van slapen, de oordopjes helpen niets.
Vrijdag gaat de tandarts naar het Nekemte Hospital. Bij het gesloten hek staan wel honderd mensen te dringen, medewerkers kunnen er nauwelijks door, er worden om de 5 minuten twee patiënten doorgelaten om de run op het loket waar de patiëntenkaart wordt opgezocht wat af te zwakken. Lukt niet echt.De auto met de tandartsuitrusting moet er toch door, na 5 minuten duwen door de bewakers gaan de poorten naar buiten open en worden de wanhopigen buiten met stokken op afstand gehouden. Iedereen wil erin, ze hebben soms al 3-4 uur reizen of lopen erop zitten. En zo snel gaat de procedure binnen ook niet. ’s Middags heb ik een afspraak met Dr Tamene, de medisch directeur, om te bespreken hoe mogelijk medische specialisten van Rotary Doctors kunnen helpen. Er werken er nu 7 in dit hospitaal, en 2 in Dembi Dollo, 8 uur verderop. Tamene vertelt me later dat ze echt 10 miljoen mensen in hun verzorgingsgebied hebben, met dus 9 artsen, specialisten, die niet weten waar ze moeten beginnen, daarover straks meer. Ik rij dan door naar Komto, 9 km van de weg over een karrespoor langs berghellingen soms alleen grote keien, gelukkig is er nu geen modder. De weg is prachtig, je zou er mooi kunnen wandelen, talloze mooie vogels gezien. Het uitzicht is geweldig.
Komto ligt tegen de flank van het gelijknamige bergje en de kliniek heeft op papier een verzorgingsgebied van 20.000 mensen, maar die wonen er soms 4 uur lopen vandaan, en ander vervoer is er niet. Dus er komen daar weinig mensen. Er zijn rondom de kliniek en het katholieke kerkje zo’n 30 huisjes en hutten. In de kliniek zie ik eerst 6 podoconiose patiënten met soms wanstaltige voeten, maar ze komen voor controle en ze zijn verder goed schoon, wel hebben twee mensen open benen, zoals bij ons de spataderpatiënten. Die zijn wel erg vies, en met de nurse bespreek ik de mogelijkheden die we hier hebben, met name wassen, spoelen water en zeep, drogen en zwavelzalf. Dagelijks zwachtelen door de wijkzuster is er niet bij, ze wonen soms 3-4 uur lopen verderop. Verder zie ik 4 patiënten met buikklachten, de meeste tgv parasitaire infecties. Elke keer als de microscoop moet worden gebruikt, moet de generator worden opgestart, elektriciteit, of water, is er hier niet.
 Bij terugkeer ga ik naar Dr Tamene van het ziekenhuis, en leg hem een inventariserende  lijst voor van Arno Berkhoudt over de mogelijkheden van de kliniek, hij is enthousiast , wil graag medewerking verlenen en Rotary specialisten verwelkomen.  Hij zal de komende week de lijst met de artsen beantwoorden, volgende week om 3 uur vervolg. Dan ga ik op zoek naar mijn patiëntje van donderdag uit Gute Abakuna, met ondervoeding en de enorme milt die ik met enige sponsoring had verwezen. Het mannetje blijkt donderdagmiddag op de OPD, zeg maar poli geweest te zijn, maar in het boek staat niets van mijn verwijsbrief, wel dat hij opgenomen zal worden. Maar op de kinderafdeling is hij nooit gekomen, dus dan maar donderdag in Gute Abakuna uitzoeken hoe dat zit.
Thuisgekomen is de party van een van de Amerikaanse meiden, ze was net 21 geworden. Wat een enorm cultuurverschil, die meisjes passen zich absoluut niet aan de lokale situatie aan, en laten de hele rotzooi liggen als ze daarna nog de “stad” ingaan en laat thuiskomen; de gastheer Abba Tesfaye maakte zich al ongerust. Ook omdat er wat muizen en soms ratten rondom het huis zitten, mag je toch wel minstens de resten van de taart, popcorn en koekjes opruimen; ik kon het niet laten daar maar een opmerking over te maken, Tesfaye bedankte me ervoor, hij durfde het zelf niet aan. We hebben bij Abba Tesfaye gegeten met twee Duitse dames, moeder en dochter uit Paderborn die vanuit de kerk en met vrienden diverse kinder-  water- en schoolprojecten steunen, naast sponsoring van individuele kinderen. Hebben er al 900 km opzitten, gaan zaterdag en zondag nog veel projecten en gezinnen opzoeken.
Zaterdagmorgen de voorraad verband en hulpmiddelen bekeken en voor verdeling klaargemaakt, divers computerwerk, en een ruitje hersteld. Thom krijgt zowaar de electrische boor voor de kiezen, als het tandreinigingsapparaat weer aan de praat. Na de lunch gaan we lopend naar de stad voor de markt, die op dinsdag, donderdag en zaterdag is, en waar honderden mensen met allerlei groenten, granen, bossen hout, bossen speciaal gras ( voor dakbedekking !), kruiden, zelfgemaakte suiker, pottenbakker- en uit hout gesneden voorwerpen komen. Het is een wirwar van oude kraampjes, vrouwen zitten tussen hun spullen en kijken de faranji, de foreigners, lachend en of smekend aan. Veel mensen zien er buitengewoon armoedig uit.
We spreken elkaars taal niet, dus de communicatie verloopt met gebaren. Af en toe krijg ik van een vrouw te horen dat haar buurvrouw mij wel als man ziet zitten, en als ik dan kijk verbergt die zich snel en giechelend achter haar hoofddoek. Het tiental aanzoeken maar afgewimpeld, de taalbarrière is toch wel erg groot.
We drinken koffie bij een traditioneel koffiehuis, de hele procedure duurt ruim een half uur, maar de koffie is heerlijk, en waar krijg je nu nog een kop koffie voor 9 cent met een heel vriendelijke bediening. Op de terugweg mijn schoenen laten poetsen voor 6 Birr, 25 ct, als ik afreken proesten de omstanders het uit, ik heb me waarschijnlijk laten afzetten. 

Net voor de onweersbuien weer binnen, in de verte steekt een grote witte minaret scherp af tegen de pikzwarte lucht. ’s Avonds zijn de meisjes eindelijk eens stil en kan ik een boek lezen, wat een onrust geven ze.
Die nacht is wat onrustig, eigenlijk continu schetteren de orthodoxe kerken via hun luidsprekers de hele nacht door de lokale orthodoxe kerkmuziek uit. De moskee begint pas om half vijf, dus dat valt mee, af en toe dommel ik weg, maar ik mag uitslapen. De dag begint prachtig, veel zon, het wordt nu aangenaam warm, het is er best kil meestal. Na het ontbijt ga ik maar eens naar de kerk, van de bisschop die er officieel naast woont maar al maanden niet is geweest en naar ik hoor dat ook niet meer van plan is, de ouderdom. De lokale pastoor doet de mis, er zijn 2 koortjes, alles met veel handgeklap, en steeds hetzelfde deuntje. Er zijn 4 lezingen en een enorm lange preek, waarbij toch nogal wat mensen in slaap vallen. Kinderen lopen naar buiten om even tegen of achter de boom te plassen. We verstaan er natuurlijk niets van en gaan na 5 kwartier maar naar buiten, het duurt dan nog ruim 3 kwartier. Tesfaye vraagt wat we ervan vonden; zo’n lange preek is niet goed, dan kun je de aandacht niet vasthouden zegt hij. Volgende week heeft hij de beurt en zal zich eraan houden. Hij laat dan een van de huishoudsters de traditionele koffieceremonie klaarmaken, en ze is zeer vereerd met de aandacht. De koffie is heerlijk en Tesfaye serveert er popcorn en Prince Fourre koeken erbij, gekregen van een van de gasten. Bij het ontbijt hadden we al een stuk kaas en een gemberkoek aangeleverd.  Tussendoor het weekverslag afgemaakt, ‘s middags het plaatselijke museumpje bezocht en het verblijf van de lokale onderkoningen cq regenten van 1860-1936, een kale bedoening.
Daarna met de Baja, de tuk-tuk, naar de dovenschool waar ik al eerder over schreef in januari, nu is de school druk bezet, 160 leerlingen. Ik krijg onmiddellijk door enkele leerlingen de eerste alfabet gebaren aangeleerd, en ik moet meedoen met een potje volleybal, geweldig leuk, vooral als er een boos wordt op zijn doofstomme maatje, die gezichtsuitdrukking ipv een krachtterm. Selam is nog steeds het bezielende hoofd van het instituut; ze hebben er nog dringend een logopedist nodig…

Morgen gaan we er weer tegenaan. Mijn volgende verslag ?   “Geduld…”





donderdag 1 november 2012

weerzien met Addis en Nekemte, hartelijk onthaal

26 oktober. Samen gevlogen met Thom Linsen, tandarts, met wie ik eerder in Mpeketoni gewerkt heb. In Addis verbleven we in Yeka guesthouse, waar nogal wat verschillende nationaliteiten uit mn West Europa aanwezig waren,  en allemaal met een net geadopteerd kindje. Die vrijdag had het gerechtshof weer een aantal adopties goedgekeurd.
Zaterdag 27 oktober met Thom om 8 uur de stad in, eerst een simcard gekocht, kost je bijna 2 uur, met kopie paspoort en 2 pasfoto’s, en 30 Birr, ongeveer € 1.30, en voor 100 Birr een scratchkaart. Konden toen met RDN Nekemte bellen, dwz Kees van Gulik, die er 5 weken op heeft zitten. Paul van de Boom, tandarts is nu op weg naar Addis. We hebben eerst Entoto aan de rand van Addis bezocht, wat rond 1870 de hoofdstad was, althans daar stond het eerste paleisje van Menelik, een klei en houten gebouw, in Nederland zou dit late middeleeuwen lijken. Toen was de keizer al een gelovige en vurige Maria vereerder, Maria neemt een heel centrale plaats in in de orthodoxe kerk. Daarna nog enkele hoogtepunten. De stad hangt vol met enorme foto’s van de pas overleden premier Meles, die 18 jaar aan het bewind was met strakke hand en zeer vereerd wordt, hij heeft het land na het streng communistische bewind van Megistu behoorlijk vooruit gebracht.
’s Middags naar de Mary Joy Clinic in Asko, een arme buitenwijk, deel van de Mary Joy Development organisation, dat een groot aantal projecten uitvoert, mn HIV preventie (gesponsord door Cordaid), zwangerschapszorg, family planning , moeder- en kindzorg en vaccinaties, jongerenprojecten, met veel diverse sponsors uit de US, en een kliniek, die echter na grootse plannen onderuitging door geldgebrek, enkele maanden stillag en nu aarzelend met 4 betaalde krachten ipv de eerdere 25, een doorstart maakte. De kliniek voldoet niet meer aan de overheidseisen en wil wel RDN artsen om er te werken. De setting is zeker niet optimaal en huisvesting wordt al helemaal een probleem. Bovendien willen ze vrijwilligers voor 3 maanden, en die zitten niet in ons bestand. 
Mary Joy Clinic, Addis

’s Avonds tegen half acht komt Paul met z’n vrouw Eugenie in Addis aan, met ruim 3 uur vertraging, de gaskabel was gebroken, zeg maar doorgesleten en nu met een soort dun bromfietskabeltje gerepareerd. In twee uur veel verhalen gehoord, en we kunnen onze borst natmaken.
Zondag om 7 uur vertrokken naar Nekemte, 335 km, waar we na 10 uur aankomen, de laatste 90 km kuilen, modder, alles opgebroken en noodweggetjes ernaast. Alles hobbelt en kraakt, we komen echte helemaal gaar aan. Het onthaal door Abba Tesfaye is allerhartelijkst, het weerzien goed. Echter we treffen daar ook Paul Verheijden en zijn vrouw aan, hier gestrand omdat NCS de reis naar Dembi Dollo niet goed heeft geregeld, de auto nog niet eens naar de garage is geweest voor een héél grote beurt, en ook de huisvesting is niet geregeld.  De samenwerking is niet positief te noemen.
Met Tesfaye, Kees en Paul een heerlijk biertje gedronken. Er zijn  ook nog 3 Amerikaanse meiden, die Engelse les geven op de Kidane school, waar Tesfaye het hoofd van is. 1600 kinderen van Form 1 tot elf. Door iedereen, incl de rector van de universiteit wordt het verreweg de  beste school genoemd. Met Kees de eerste gang van zaken doorgenomen, mn wat niet lekker loopt, wat de moeilijkheden zijn. We zullen twee dagen samen optrekken, woensdag gaat hij vroeger dan gepland naar Uganda om de potentiële projecten te bezoeken. Tandarts Thom zal steeds meerijden naar dezelfde kliniek, omdat er dan maar één auto nodig is. Hij heeft een vaste nurse van een van de klinieken geleend, maar daar komen al weer moppers over, ze kunnen hem niet missen.
Tesfaye is een erg vriendelijke en gastvrije man, maakt het voor iedereen gezellig, heeft humor, en Chitai, de kokkin is een lieverd en ze kookt heerlijk, al moet ik aan de gerechten soms wennen.
Maandag om even over 8 op pad naar Konchi, 50 min rijden over de reeds bekende hobbel- en modderwegen. Konchi heeft een prachtige ligging, een verzameling gebouwen, maar het “hoofdgebouw” heeft 2 kleine donkere spreekkamertjes, een kleine donkere verloskamer zonder voorzieningen (waar ik in januari al over schreef) en de apotheek. Sr Harshini  begroet ons hartelijk, ik had haar in januari al uitgebreid gesproken. Zij is ook nurse en het lokale hoofd van deze zusters, Helpers of Mary, is hoofd van de kliniek, die bedoeld en gevraagd is op te schalen tot health centre, verzorgingsgebied 25.000 mensen, maar waaraan de overheid niet wil bijdragen. Daarvoor moet er een beter hoofdgebouw met 3 spreekkamers, een verloskamer met sanitair en een kamer met twee of drie  bedden komen. Zou leuk zijn, maar alleen als er ook geld is om de staf op dat niveau te brengen en een paar jaar te financieren. Ik doe spreekuur met een van de nurses, waarvan de beoordeling door mijn voorgangers niet erg positief is. Ook Sr Harshini is niet over hem te spreken, maar ze heeft nog nooit een functioneringsgesprek met hem gevoerd, ze praten eigenlijk helemaal niet met elkaar; deze management taken zijn blijkbaar toch te moeilijk. De samenwerking met de  nurse loopt niet echt lekker, en hij heeft soms vreemde statements, die door mijn voorgangers al aangekaart zijn, maar hij blijft in alle opzichten koppig, hij heeft weinig attitude en toont weinig betrokkenheid . Sr Harshini heeft voor ons de lunch verzorgd, en haar wensenlijstje komt natuurlijk dan op tafel. Thom had veel patiënten, het wordt elke week drukker doordat het bekend wordt dat er een tandarts is, voor het eerst, voor een gebied van 100.000 mensen. Hij moet zich beperken tot trekken, deze pilot heeft nog geen faciliteiten voor boren en vullen, maar de mensen komen ook alleen met onherstelbare elementen, mn kiezen. De extracties kosten veel kracht en vaardigheid. Belangrijkste is toch wel de training van een nurse die wel gerechtigd is, maar nog geen ervaring  heeft. School tandheelkunde is moeilijk, teveel scholen zijn volstrekt onbereikbaar. De artsen moeten de nurses trainen in anamnese en onderzoek, en wat voor lab, maar dat is hier moeilijk naar mijn ervaring.
Dinsdag naar Arijawi. Ook hier een hartelijke ontvangst en enkele medewerkers herkennen me onmiddellijk en zijn enthousiast over het project. De leergierige nurse Tigre doet het heel leuk en is erg begaan met de patiënten. Eén patiënt samen met Kees gezien, we kwamen onmiddellijk op hetzelfde uit, maar hebben het beide nog nooit gezien, leeboekenwijsheid: een man van 60, rechter oog 6 jaar geleden staaroperatie en kunstlens, altijd goed tot een maand geleden, hij zag daarvoor links weinig met zijn nog aanwezige staaroog, en nu was dit het enige zicht wat hij nog had. Rechts bleek er nl helemaal geen pupilreflex meer. Uit de boekjes dachten we meteen aan late (hersen-)syphilis.  Bij doorvragen bleek hij vroeger behandeld voor Lues, dus het symptoom van Argyll-Robertson. Vorige keer was hier een soort sociale werkplaats waar mensen met een beperking konden leren te naaien met een machine en een schoenmaker maatwerk schoenen maakte voor mensen met zeer misvormde voeten door podoconiose. Helaas is dit gestopt omdat het Liliane fonds ineens alles heeft stopgezet, veel mensen zijn daardoor getroffen. Arijawi is een kleinere post waar geen echte mogelijkheden voor groei zijn.
’s Middags om half vier met Kees en Thom naar Abba Girma en Zekarias, de health coördinator van NCS. We hebben een lijst met onderwerpen gemaakt, die vooral de matige tot slechte samenwerking met NCS betreffen. Eigenlijk zijn we hun gast en partner, maar daar worden we niet naar gewaardeerd. Ik krijg klachten over teveel autogebruik, maar we zitten nota bene nog onder de planning.  NCS krijgt volgend jaar veel minder of misschien niets meer van de Spaanse organisatie Manos Unidas, waarmee ze het personeel van de klinieken betalen. Als dat echt gebeurt, dan is de vraag of RDN volgend jaar nog wel iets te doen heeft, dan zijn er geen nurses meer op te leiden, en zelf spreekuur doen zonder tolk in het Oromo zal niet lukken. NCS zal nieuwe sponsors zoeken, er is een brief onderweg naar Cordaid en kindermissie ?
Woensdag. Kees om 7 uur uitgezwaaid, via Addis gaat hij naar Entebbe (Kampala, Uganda). We hebben dus geen chauffeur, maar Tesfaye is zo aardig ons naar Derge te brengen, op zich beloopbaar, maar de hele tandartsuitrusting moet ook vervoerd worden. Nurses Ejigayehu (kan ik nog niet uitspreken) en Tinsae zijn vandaag mijn teamgenoten, betrokken en leergierig. Net zoals de vorige dagen ook hier nieuwe patiënten met enorme struma’s, en podoconiose voeten. Tegen vijf uur zijn we klaar en lopen we naar huis; na 10 minuten komen we een zeer kortademige vrouw tegen, heel bleek, en een kreupele man met een stok en een bundeltje in een arm. Het lijkt wel of hij mij het kind wil geven, ik versta ze niet, maar ik zie dat een pasgeboren, gezonde zuigeling is, moeder is lijkbleek, enorme bloedarmoede, mogelijk de oorzaak van haar kortademigheid op de oplopende weg. Dan komt net Tesfaye aan met de auto om de tandartsspullen op te halen, we bellen naar de kliniek om nog een nurse vast te houden, en nemen het stel in de auto. In de spreekkamer kan ik haar onderzoeken.  Dee bloedarmoede is duidelijk, maar een andere oorzaak van kortademigheid zes dagen na een onbegeleide thuisbevalling van deze extreem arme mensen kan natuurlijk ook een longembolie zijn. Ik vind geen thrombosebeen, de longen lijken verder toch goed. Hier geen D-Dimeer of VP scen. Verder heeft ze een temp van bijna 39, de buik is goed, geen ruikende afscheiding geen last met plassen of een urineweginfectie. Blijkt ook malaria. Met diverse medicatie gaat ze naar haar vlakbij gelegen hutje, ik hoop dat het allemaal goed gaat. Opname is niet te realiseren. Perinatale sterfte en maternale sterfte is in Ethiopië de op 3 na hoogste van de wereld. Er moet nog een hoop gebeuren….
Donderdag naar Guta Abakuna, de kliniek van St Daniël Comboni, of althans de zusters van Comboni, een Italiaanse congregatie, hier olv Zr Nives, ze hebben een heel mooi gebouw, een bijna complete staf, een operatiekamer, maar nog geen OK-tafel. Er worden elke maand oogoperaties gedaan oa staaroperaties, één van de nurses  is oogheelkundig zeer getraind, meet alle ogen na, beoordeelt de fundus, de mate van staar, en haalt trichuren, wormpjes, onder het ooglidslijmvlies eruit. Ze hebben voor mij een fraaie collectie patiënten opgespaard, ik zie een scala aan bijzondere zaken, ook voor mij soms geheel nieuwe ziektebeelden, waar we met alle teamleden eromheen proberen een diagnose te stellen. Want specialisten zijn er bijna niet, mn geen huidartsen; er zijn nu 6 specialisten in Nekemte voor de 100.000 lokale bewoners en een adherentiegebied van ruim 8.000.000 mensen. 
Leishmaniasis 24 jr man




 Zo zie ik, even niet schrikken, voor de medici wel interessant, de huidaandoening cutane leishmaniasis, een al 6 maanden bestaande wond die nergens op reageert met veel harde klieren, zeer waarschijnlijk huid-tbc, een ernstig ondervoed kindje van twee met een enorme buik, waarin ene heel grote milt en een vergrote lever, en veel harde klieren op het hoofd, in de nek en nog een paar plaatsen ;ik dacht eerst aan chronische malaria, maar daar passen de klieren niet bij, dan TBC of een leucaemie, maar er was geen duidelijke bloedarmoede. Dus TBC ? 
enorme milt en lever, ondervoeding, 2 jr



 rest volgt, verwezen met een bijdrage naar het ziekenhuis, zal er morgen gaan kijken. De tandarts had het weer erg druk, ook hier nu de 5e dag een tandarts in dit gebied.

Podoconiosis / Elefantiasis 60 jr man


Er is hier nog heel veel te doen, de meeste nurses zijn zeer betrokken, maar dit land met 85 miljoen inwoners heeft nog wel wat hulp nodig.

hartelijke groet

Dick, mail naar djungst5@gmail.com